Theo en Thea Wijnschenk zijn 15 februari vijftig jaar getrouwd (foto Carla Droste)
Theo en Thea Wijnschenk zijn 15 februari vijftig jaar getrouwd (foto Carla Droste)

Theo en Thea Wijnschenk zijn 50 jaar getrouwd

Algemeen

AERDT - “De Zevenaar Post? Dan ben je verkeerd. Dan moet je bij de kleinkinderen zijn, want die brengen de krant rond”, zegt Theo Wijnschenk aan de telefoon. Theo is helemaal verrast als blijkt dat zijn zoon Martijn een bericht naar de krant heeft gestuurd. Hij wil zijn ouders graag in het zonnetje zetten.

Door Carla Droste

Op 15 februari zijn Theo en Thea Wijnschenk namelijk vijftig jaar getrouwd. Tegenwoordig is dat niet zo heel bijzonder, want er zijn meer echtparen die deze mijlpaal bereiken. Wat het huwelijk van Theo en Thea opmerkelijk maakt: in die vijftig huwelijksjaren hebben zij, 33 jaar lang, meer dan honderd pleegkinderen een tijdelijk thuis gegeven.

De veerpont

Het gouden huwelijkspaar leert elkaar kennen in 1971, als Theo uit Pannerden het water oversteekt om naar het ‘Blarenbal’ in Doornenburg te gaan. Daar ontmoet hij Thea. Bij de afspraakjes die volgen, is het telkens weer de vraag of Theo op tijd is om de laatste veerpont naar Pannerden te halen. Hoewel het hem ook niet slecht uitkomt als hij te laat is, vertelt hij lachend. Want van Thea’s vader mag hij dan in Doornenburg blijven. Het stel laat er geen gras over groeien en trouwt in februari 1972. Ze verhuizen naar Doetinchem, waar Theo bij een garage werkt, en betrekken daar een flat. Dat vindt Thea maar niks. In zo’n ‘duuvetil’ wil ze niet wonen. Na een jaar verhuist het paar naar Aerdt. Ze krijgen vier zoons. Ze zijn heel blij met de jongens, maar Thea, die voor haar huwelijk in de kraamzorg heeft gewerkt, verlangt stiekem ook naar een dochter.

Compleet

Via Pax Christi vangen ze zo’n jaar of zes een meisje uit Berlijn op. Zij verblijft ieder jaar, tijdens de zomervakantie, zes weken bij de familie. Dat gaat prima. Alleen het afscheid nemen is iedere keer weer lastig. Thea’s wens om het gezin uit te breiden met een meisje blijft. Theo en Thea overwegen adoptie. Uiteindelijk kiezen ze voor pleegzorg, met de mogelijkheid tot adopteren. In 1987, als hun jongste zoon negen jaar is, komt de zes maanden oude Natascha in hun leven. Zij wordt liefdevol opgenomen in het gezin en vier jaar later geadopteerd. In 1991 wordt de familie uitgebreid met pleegzoon Daryl. Dat maakt hun gezin compleet. Toch blijft het daar niet bij.

Pleegzorg

Na de komst van Natascha blijven ze ook andere kinderen opvangen. Vaak is het crisisopvang en blijven de kinderen een paar maanden, soms een paar jaar. “Meestal zaten we met z’n zevenen aan tafel”, vertelt Thea. “Toen onze eigen jongens het huis uit waren, vingen we ook wel eens meer kinderen uit één gezin op. We hebben nog steeds contact met twee broers. Zij hebben twee jaar bij ons gewoond en zijn nu tien en veertien jaar oud. Ze wonen tegenwoordig in een gezinshuis en komen iedere maand op bezoek. Voor die jongens zijn wij opa en oma.”
“Het is mooi werk,” vindt het echtpaar, “Het zijn wel vaak kinderen met een rugzakje. Dat is niet altijd makkelijk. Daarom zijn er bijna geen gezinnen te vinden die dit werk willen doen. Vooral pubers zijn moeilijk te plaatsen. Maar zelfs voor kinderen vanaf acht jaar is het al lastig om een pleeggezin te vinden. Echt jammer. Wij kunnen ze niet allemáál helpen.” De meeste kinderen die bij hen kwamen waren onder de vijf jaar. Soms waren ze zeven of acht. Thea: “We hebben drie keer een pasgeboren baby gehad. Die haalden we dan op in het ziekenhuis.” In 2020 krijgen ze Tom als piepklein hummeltje. Hij is een half jaar gebleven en toen naar een adoptiegezin gegaan. “Zo’n lekker menneke”, vertelt Thea enthousiast. “Hij was pasgeleden nog hier. Gewoon jammer om hem dan weer met zijn adoptie ouders te zien vertrekken.” Ook Farah is net geboren als ze bij Theo en Thea in huis komt. Zij is bijna 3 jaar gebleven. ”Dat was moeilijk, hoor toen ze wegging.”

‘Riefkuukskes’

Zorgen zit ze in het bloed. Is het niet voor de kinderen, de zes kleinkinderen, of de pleegkinderen, dan is het wel voor hun oude buurman. Theo: “Jan Joosten woont nu in het verzorgingshuis in Pannerden. Ik ga er drie keer in de week naar toe. Vaak vraagt ie of ik weer aardappelpannenkoeken van Thea bij me heb. Als dat niet zo is, dan is ie ook blij met een bamischijf van de cafetaria.” En dan is er nog Jorja. Een meisje met spasme. Tien jaar lang heeft Theo haar ‘s woensdags opgehaald en probeerden ze haar te helpen bij haar ontwikkeling.
Eind oktober zijn Theo en Thea Wijnschenk verhuisd naar een seniorenwoning in Aerdt. In september vertrok het laatste pleegkindje. Nu is er weer meer tijd voor andere zaken. Theo is inmiddels hersteld van wat lichamelijk ongemak en pakt zijn vrijwilligerswerk bij de voetbalclub weer op. Ook maakt hij wandelingen met de hond. Thea is herstellende van een heupoperatie en kijkt alweer vooruit. En als het aan Thea ligt. zou er morgen weer een kindje mogen komen. “Ik heb er laatst zelfs van gedroomd”, vertelt ze met een lach. “Plek zat hoor. Ook in dit huis.”
Theo heeft er geen spijt van dat hij ruim vijftig jaar geleden de Rijn is overgestoken. “Tenminste, nóg niet”, voegt hij er lachend aan toe. Hun huwelijksjubileum vieren ze in februari met hun gezin. In de zomer hopen ze een groter feest te kunnen geven.